Publicatiedatum: april 2019
Artikel door:Â Paul van Aanholt
We investeren jaarlijks in innovatie van ons onderwijs en werken met een beleidsrijke begroting
Edu-Ley scholen begroten vanuit eigen ambities
Op Edu-Ley niveau zijn de beleidsvoornemens geformuleerd in de vorm van een nieuw koersplan voor de komende jaren. Nu is het aan de scholen om daarop aan te sluiten in hun schoolplannen. In lijn met de Edu-Ley waarde ‘autonomie’ wordt daarbij het principe van eigenaarschap gehanteerd. De verantwoordelijkheid voor de praktische invulling van het gezamenlijke beleid ligt bij de scholen zelf.
Eigenaarschap is leidend
‘In het verleden waren de directeuren niet gewend om de regie te hebben op beleid en begroting, maar in onze besturingsfilosofie benadrukken we het belang van integraal schoolleiderschap.’ aldus bestuurder Paul van Aanholt. ‘Dat wil zeggen dat we directeuren en teams de mogelijkheid willen geven om eigen accenten te leggen qua onderwijsinhoud, personeel en huisvesting. En bij al die keuzes hoort uiteraard ook altijd een begroting. De essentiële vragen zijn: wat willen we met ons onderwijs op onze school voor onze leerlingen bereiken? En wat hebben we daar dan voor nodig? Ik vraag dan ook aan de management teams van de scholen of ze hun schoolplannen willen voorzien van een jaarplan met bijbehorende begroting.’
Waar doen we het voor?
Op De Bron leeft bijvoorbeeld de behoefte om het samenwerkend leren te bevorderen en dat concreter tastbaar te maken in het gebouw. Om verbinding ook daadwerkelijk tot stand te brengen tussen de groepen, wil De Bron komend jaar een gebouw aanpassing doorvoeren en de muren doorbreken tussen de lokalen. Zo’n keuze heeft niet alleen te maken met huisvesting, maar ook met de inzet van personeel en de inrichting van het onderwijs. En juist die samenhang -vanuit de bedoeling- maakt dat veranderingen worden gedragen door alle betrokkenen en kunnen worden verantwoord.
Monitoren en sturen
Vanuit het stafbureau komt er zo’n 4 maanden na het indienen van de beleidsvoornemens en de begroting een financieel adviseur langs op de scholen om te vragen hoe de ontwikkelingen vorderen. Een rapportage van deze schoolgesprekken wordt ingediend bij de bestuurder, die hier vervolgens een verslag van maakt ter bespreking met de Raad van Toezicht. De schooldirecteuren hebben een online dashboard waarop ze bij kunnen houden hoe de school er financieel voor staat, welke kosten ze maken en welke inkomsten er tegenover staan. Ze hebben overzicht en zeggenschap over de middelen die hun ter beschikking staan en hebben de regie over de koppeling van budgetten aan de beleidsvoornemens van de school.
Bewegingsruimte
Paul: ‘De lumpsum financiering van de overheid zetten we bij Edu-Ley naar rato van leerlingaantallen rechtstreeks door naar de scholen. Die leerlingaantallen zullen over de hele linie in Goirle de komende jaren vrij stabiel blijven. Daar zit een redelijke voorspelbaarheid onder. Lastiger is het om te voorspellen wat je over 4 jaar nodig hebt in je school en welke investering daarmee gemoeid is. Dat betekent dat we bij het maken van plannen altijd ruimte laten voor het onverwachte. Kern van ons financiële beleid blijft dat we vertrekken vanuit de eigen ambities van de school. Wat willen we realiseren en wat hebben we daarvoor nodig?’