Publicatiedatum: juli 2023
Artikel door: Angelique Verberne, directeur ’t Schrijverke
‘De methode is geen maatstaf voor kwaliteit, jij maakt de kwaliteit.’
Angelique Verberne is geboren in Hilversum en werkt sinds 13 jaar op ’t Schrijverke. De afgelopen 5 jaar waren voor haar een opeenvolging van veranderingen. In 2018 is ze getrouwd. In 2020 werd Hugo geboren, de eerste zoon van Angelique en haar vrouw. In 2022 volgde Simon. En tussendoor werd ze teamleider. Eerst van de bovenbouw, daarna van de middenbouw en vervolgens kwam er eind vorig jaar de vraag om bij te springen als waarnemend directeur. Inmiddels is zij officieel benoemd tot directeur van ’t Schrijverke.
Wat gaf de doorslag om voor jou te kiezen?
Angelique: De sollicitatie was een intense procedure. Het was zeker geen gelopen race, er waren andere kandidaten die hoog gekwalificeerd waren. Een van de onderdelen in de procedure was dat ik mijn ideale school moest presenteren in 20 minuten. Ja, dan zegt mijn nuchtere Hollandse inborst: er bestaat geen ideale school. Hoe zeer ik ook een laagdrempelige en gelijkvloerse school zou willen, om dat te bereiken zou je onwaarschijnlijke budgetten moeten inzetten. Dus mijn ideale school zou je kunnen zien als een realistisch droombeeld. Dat houdt in dat we voortbouwen op de kracht die er al is met oog voor wat er beter kan. We doen namelijk ontzettend veel dingen goed, maar het is nog onvoldoende geborgd.
Wat geeft jou energie?
We hebben een stabiele kern, maar in het management zijn veel wisselingen geweest en dat heeft zijn invloed gehad. Je hebt een kapitein op het schip nodig, iemand die de leiding neemt, koers bepaalt, het lef heeft om knopen door te hakken en het team daarin kan meenemen. Kwaliteit is voor mij doen wat je zegt en zeggen wat je doet. Het maakt uit dat ik al 13 jaar onderdeel uitmaak van het team. Ik weet hoe de communicatiestromen hier lopen en hoe de cultuur is. Ik heb geen team, ik ben het team. Dat draagvlak maakt een groot verschil. We zaten in de aula, toen Paul aankondigde dat hij de nieuwe directeur ging bellen. Toen mijn telefoon zoemde, ontstond er zo’n fijne reactie in het team dat het me erg ontroerde. Ik voelde echte betrokkenheid en verbinding. Ik zei toen dat dit naast mijn vrouw en kinderen mijn allergrootste geschenk was van de afgelopen jaren. Mijn grootste droom was mijn gezin stichten. Dat is ons gegund en nu mag ik directeur zijn van de school die al zo lang mijn tweede thuis is. Voor een andere school zou ik deze keuze nu niet kunnen maken.Maar ’t Schrijverke zit in mijn hart. Er zit enorm veel expertise in mijn team. Het onderling overleg over die expertise is voor mij ook kwaliteit. Ik wil weten wat het team aan het doen is en waarom ze dat doen. Ik wil het van de teamleiders en intern begeleiders horen en van de collega’s bij wie ik langsga. Ik wil weten wat de achterliggende motieven van keuzes zijn, hoe het handelen gekoppeld is aan doelen. Die doelbewustheid had ik zelf als leerkracht en ik verwacht dat nu ook van mijn collega’s. De methode is geen maatstaf voor kwaliteit, jij maakt de kwaliteit.
Was je als kind al iemand die initiatief nam en voorop liep?
Nee, helemaal niet, dat is pas veel later gekomen. Zelfs toen ik op ’t Schrijverke begon was ik nogal schuchter. .Wat ik als kind wel al had, was dat ik voor anderen wilde zorgen, dat ik me gemakkelijk kon inleven. Ik was een behulpzaam kind en vond het fijn als anderen me nodig hadden, ik hielp de juf bijvoorbeeld graag.. Toen ik waarnemend directeur werd, meende ik ook te voelen dat de school mij nodig had. Ik wil dat de anderen zich fijn voelen. Daarom is draagvlak voor mij ook zo belangrijk. Als klein meisje was ik de poppenmoeder. Nu ben ik zeg maar de moeder van de school geworden. Dat klinkt eigenlijk wel oubollig hè!
Met welke belangen heb je te maken?
‘t Schrijverke is altijd mijn school geweest. Op de socials schreef ik vroeger: kom kijken op mijn school, want mijn school is de leukste. In mijn huidige rol ben ik natuurlijk niet alleen directeur van deze school, maar ook breder verantwoordelijk voor thuis-nabij onderwijs voor alle kinderen in Goirle. De opdracht is dus om zowel de school verder te helpen in ontwikkeling, maar tegelijk solidair zijn met de andere scholen binnen Edu-Ley en straks binnen een nog groter bestuur. We hebben elkaar als scholen nodig, de andere scholen stonden ook direct voor ons klaar toen bleek dat we stel op sprong op zoek moesten naar een nieuwe directeur. Nu ik dat mag zijn, word ik fantastisch opgevangen in het directeurenteam. We trekken samen op, maar mogen ook de eigen identiteit behouden. We worden een stuk groter en ik hoop dat wij met de zes scholen wel de onderlinge binding blijven houden. Ik denk dat we zo beter met elkaar aan kwaliteit kunnen werken.
Wat zie je als jouw belangrijkste opdracht in jouw nieuwe rol?
Borgen van wat we al goed doen. Ik ga hier op school geen iPad onderwijs invoeren, ik ga ons niet omvormen tot Jenaplan of Montessori. Mijn belangrijkste opdracht is voor mij borgen wat we al goed doen. Ik bedoel daarmee dat je een rode draad door de hele school gaat zien. Wat is dan het fijne pedagogische klimaat waar iedereen ons om waardeert. Waar zit hem dat dan in? Het zou niet moeten uitmaken bij wie je als leerling in de groep zit voor het soort onderwijs dat je krijgt. Ook dat is borging. We zijn nu ook de rode draad aan het zoeken als het gaat om een doorgaande lijn in zelfsturing. Bij de één is het takentijd, bij de ander is het kiesbord, etcetera. We moeten ook daarin gaan borgen wat we al goed doen, zodat kwaliteit niet alleen gekoppeld is aan een persoon. Hartstikke goed waar je mee bezig bent, maar deel dat met elkaar.
Hoe neem je iedereen mee in verandering?
Er hangt hier een belangrijk model aan de muur. Het model van Knoster. Dat gaat over het managen van complexe veranderingen. Je hebt daarbij visie, collectief belang, plan, middelen en competenties nodig. Zo’n model is geen keurslijf, maar eerder een leidraad, om te checken of je overal wel aan gedacht hebt. Willen we iets nieuws, hebben we daar dan de competenties voor? Zo niet, moeten we dan scholing inkopen? Het gaat erom dat we over elk onderdeel met elkaar in gesprek blijven. Zo’n model biedt mij houvast en zekerheid in mijn rol als directeur. Ik ben van het gespreid leiderschap. Als andere mensen expertise hebben, dan moet dat naar voren komen. Ik wil anderen faciliteren om hen te laten excelleren. Maar ik mag nog wel wat groeien in de stevige kant van leiderschap. Je moet immers ook wel eens impopulaire keuzes maken. Die gaan er ongetwijfeld ook aankomen. Gelukkig heb ik een fijn managementteam om me heen om samen keuzes mee te maken. Maar uiteindelijk ben ik eindverantwoordelijk voor de gevolgen van een beslissing. Ik vind dat iedereen een podium verdient, ook als je een standpunt hebt dat afwijkt van de meerderheid. Het gaat erom dat we alle stemmen gehoord hebben en beseffen waarom we uiteindelijk een bepaalde keuze maken. Als je bijvoorbeeld onderbouwd wil afwijken van de methode, juich ik dat toe. Als je methodes in groep 3 t/m 8 echter volledig afwijst, dan zou je niet of niet meer op onze school passen. Daar ligt dan de grens. Tegelijkertijd werken we in onze alom geprezen groep 1-2 zonder methode. We maken daar ons eigen onderwijs met de nadruk op spel. Ik zie het ook als een uitdaging om met dit gegeven toch een rode draad in de school aan te brengen.
Wanneer zijn jullie tevreden als het gaat om opbrengsten?
Voor mij geldt dat je het als school goed hebt gedaan als de opbrengsten zijn zoals je zelf had verwacht of voorspeld. Ik denk dat je als school wel degelijk veel toevoegt aan de ontwikkeling ook al stroomt een leerling op een niveau uit dat er aan het begin van de schoolloopbaan al inzat. Ik denk dat je als school iets toevoegt als het kind groeit ten opzichte van zichzelf, als een kind zich heeft mogen ontwikkelen als mens en zijn potentieel heeft benut. Daarom hebben we ook gekozen voor het leerlingvolgsysteem IEP waarmee ontwikkeling van een leerling in beeld wordt gebracht als groei ten opzichte van zichzelf.
Dus als jullie een kleuter binnenkrijgen met potentieel havo en hij stroomt uit met havo advies, is het dan goed?
Het is vooral goed als het kind gelukkig is en zich sociaal prettig verhoudt tot de wereld met oog voor de ander. En het is goed als het kind vervolgens floreert op het vervolgonderwijs dat wij geadviseerd hebben. Dan hebben we eruit gehaald wat erin zat en er op z’n Schrijverkes een dosis passie, positiviteit en leergierigheid ingestopt hebben
Wat is ontwikkeling voor jou?
De school draait om veel meer dan meetbare cognitieve ontwikkeling. Wij nemen spel hier dusdanig serieus in de onderbouwgroepen dat wij spel daar werken noemen. Kinderen gaan aan het werk in de huishoek, aan de watertafel of in de bouwhoek. We kijken naar het geheel. Als school krijgen we de opdracht om te focussen op basisvaardigheden, maar het gaat ook om de balans tussen de kernvakken en aandacht voor wereldoriëntatie, cultuur, 21e eeuwse vaardigheden en sociaal-emotionele ontwikkeling. Ik denk dat we er hier op school steeds beter in slagen om het geheel van het kind en de wereld te betrekken in ons onderwijs en dus om ook lezen, taal en rekenen betekenisvol aan te bieden. Dat doen we vanuit positieve bekrachtiging en hoge verwachtingen van leerlingen.
Hoe zie jij de toekomst?
De schoolcultuur die ik koester en wil ontwikkelen is een cultuur waarin we lachen, met elkaar praten, naar elkaar luisteren en elkaar feedback durven geven. De deur staat open en je kunt elkaar ontmoeten en verder helpen. Hardop dromend zou ik willen dat leerkrachten hun klas qua zelfsturing zover krijgen dat leerlingen je rustig een kwartier niet zullen missen als jij even bij een collega binnenstapt voor wat inspiratie of een feedbackmoment. Eigenlijk geldt ‘doen wat je zegt en zeggen wat je doet’ voor iedereen. Geen luchtkastelen bouwen, maar een stevig fundament neerzetten. Daar gaan we voor.